In de tweede helft van de jaren zeventig heb ik veel interviews gedaan met ir. C.A. (‘Chris’) van der Eyk. Van der Eyk had ongeveer 10 jaar, van 1931 tot 1940, bij de NV Koolhoven Vliegtuigen gewerkt en hij bleek een goudmijn aan informatie te zijn voor wat mijn eerste boek zou worden. ‘Koolhoven – Vliegtuigbouwer in de schaduw van Fokker’ verscheen in 1981 en Van der Eyk was zo vriendelijk het voorwoord te schrijven.
Hoewel hij pas in 1931 voor Koolhoven ging werken bleek hij ook heel wat af te weten over de periode daarvoor. Toen ik hem foto’s liet zien van het FK 30 sportvliegtuigje uit 1927 herkende hij onmiddellijk iemand die hij Berny Konings noemde, die in de cockpit zat achter Koolhovenmonteur Tom van Laar.
Twee opnamen van de Koolhoven FK 30. Achterin zit Berny Konings, voorin Koolhovenmonteur Tom van Laar.
Konings was volgens hem een tekenaar. De naam zei me niets en we gingen er niet verder op door. Achteraf is dat jammer, want wellicht had Van der Eyk me wat meer kunnen vertellen over Berny Konings. Zo’n 40 jaar na dat gesprek ben ik eens gaan zoeken of ik wat meer aan de weet kon komen over Konings. Dat bleek niet zo veel te zijn.
Het eerste wat ik van hem vond was een ingezonden brief in het ‘Haarlems Dagblad’ van 15 februari 1926. De krant had een enquete onder de lezers gehouden onder de titel ‘Waarom worden in ons land geen auto’s vervaardigd?’ Konings haakte daarop in met een brief waarin hij een warm pleidooi houdt om inderdaad weer – na het faillissement van Spyker in 1925 – auto’s in Nederland te gaan bouwen. In de brief geeft hij als zijn adres Roosveldstraat 3 in Haarlem, een eenvoudige buurt die wordt begrensd door de deftigere Zijlweg en Garenkokerskade.
Een redelijk uitgebreid artikel over de oprichting van de Rotterdamsche Aero Club in het ‘Haarlems Dagblad’ van 16 augustus 1927 wordt als volgt afgesloten:
‘Inmiddels is ons gebleken uit een brief van den heer Berny Konings, wonende in Haarlem, dat er ook kans is dat Haarlem haar Aero Club krijgt. De heer Konings maakte ons er ook opmerkzaam op dat er in Engeland reeds 23 officiële aeroclubs bestaan die gezamenlijk over een 65-tal sportvliegtuigen bescvhikken! De heer Konings zeide ons dat hij druk doende is om hier in Haarlem een vliegclub op te richten, die ook de belangstelling zal trekken uit Amsterdam en het Gooi.
Reeds hebben besprekingen plaats gehad om een particulier terrein in dezen omtrek beschikbaar gesteld te krijgen. Ook het Ministerie van Waterstaat is op de hoogte gehouden van één en ander. Eventuele steun zal waarschijnlijk wel verkregen kunnen worden.
De heer Berny Konings is van plan zelf de vliegtuigen voor de club te bouwen. Het is niet uitgesloten dat reeds dezen winter hier in Haarlem met den bouw der toestellen zal worden begonnen. De heer Konings heeft indertijd samengewerkt met de heeren Fokker en Koolhoven.
’t Zou werkelijk bijzonder zijn, als Haarlem, de bakermat van Fokker’s wereldberoemde vliegtuigindustrie, thans ook één der eerste plaatsen zou worden in ons land op ’t gebied van de sportvliegerij’.
Wat die samenwerking met Fokker en Koolhoven inhield blijft onduidelijk. Van Konings’ lovenswaardige initiatief werd overigens nooit meer iets vernomen.
Foto van Berny Konings uit het ‘Haarlems Dagblad’ van 16 augustus 1927.
In 1927 ontwierp Konings een grote driemotorige verkeersvliegboot, waarvan alleen een model werd gebouwd. Foto’s daarvan werden een eeuwigheid geleden gepubliceerd in de ‘Mededelingen’ van de afdeling Luchtvaartkennis van de KNVvL. In volbeladen toestand zou het toestel bijna 13 ton wegen en een vliegbereik hebben van ruim 8000 km, meer dan voldoende om de Atlantische Oceaan over te vliegen. Het toonaangevende Franse luchtvaarttijdschrift ‘Les Ailes’ vond Konings’ ontwerp interessant genoeg om er in het nummer van 17 augustus 1928 aandacht aan te besteden in de vorm van een artikeltje en een foto. Konings’ vliegboot was een vrijdragende hoogdekker met twee drijvers aan de vleugeluiteinden, de cockpit vóór de vleugelneus en de drie 450 pk Gnome-Rhone/Bristol Jupitermotoren op bokken op de vleugel. De opgegeven technische gegevens waren:
Spanwijdte 37,50 m
Lengte: 26,74 m
Hoogte: 7,60 m
Vleugeloppervlak: 178 m2
Leeggewicht: 7500 kg
Startgewicht: 12.900 kg
Maximum snelheid: 221 km/h
Minimum snelheid: 84 km/h
Kruissnelheid: 197 km/h
Vliegbereik: 8200 km
Haarlems Dagblad 13 juni 1928
Een vliegtocht Kaapstad – Amsterdam VV - Terugreis per Koolhoven sportvliegtuig
Wij ontvangen het volgende schrijven uit Pretoria van den aviateur J.M. Sluyter.
Bij dezen bericht ik u dat mijn plannen uitgewerkt zijn om van Afrika naar Holland te vliegen en dat ik denk half juni van Kaapstad te starten met een ‘Moth’ vliegtuig met ‘Clrrus’ motor en als eindpunt Amsterdam. Ik vlieg over de Westkust via Spanje en Frankrijk en denk zo Holland te bereiken. Alle maatregelen zijn genomen betreffende landingsmogel1lkheden en ik ondervind veel medewerking bij mijn voorbereíding en beschik over vele gegevens van diverse piloten. Ik hoop dan ook de heer Geysendorffer in die tijd te Pretoria aan te treffen, om nog in overweging te nemen om over Caïro te vliegen. Ik ben ook voornemens terug te vliegen, maar dan met een der nieuwste Koolhoven Sportvllegtulgen (Lucht-Coupé). Dit vliegtuig is voor 2 personen ingericht. Het zal van een extra benzinetank worden voorzien, zoodat langere trajecten kunnen wordlen afgelegd dan met het standaard type. Van Kaapstad naar Amsterdam doe ik de reis alleen, doch voor de terugreis heb ik den heer Berny Konings bereid gevonden om deze mede te maken. Deze, die met de heren Fokker en Koolhoven heeft samengewerkt, bereidt zich thans voor op de retourvlucht en treft de nodige maatregelen, zoowel wat het vliegtuig der Koolhovenfabrieken als de te nemen route betreft. De mogelijkheid van een dergelijke vlucht is reeds bewezen. Vooral wat door de tochten van Hinkler en Lady Heath. Ik hoop u nog van nadere bijzonderheden te kunnen dienen.
Bovenstaand artikel werd niet alleen in het Haarlems Dablad, maar in meerdere kranten afgedrukt. Even later onderstaand bericht, dat eveneens in meerdere kranten verscheen:
Het Vaderland, 15 augustus 1928
DE VLIEGTOCHT KAAPSTAD-AMSTERDAM. Nog enige maanden uitgesteld.
Naar ‘De Telegraaf’ van de vlieger J. M. Sluyter uit Pretoria verneemt, zijn onvoorziene omstandigheden oorzaak, dat de voorgestelde vliegtocht Kaapstad—Amsterdam eerst over enige maanden en wellicht pas in het voorjaar 1929 zal kunnen plaats vinden.
Sluyter is uiteindelijk nooit van Zuid-Afrika naar Nederland gevlogen en heeft ook nooit een retourvlucht gemaakt met Berny Konings. Konings verdwijnt hierna uit de (luchtvaart-) pers.