16 april 1943: bommen op de Amsterdamse Buurt in Haarlem
Onlangs viel mijn oog op deze foto van de ravage na het geallieerde bombardement van vrijdag aan het begin van de avond van 16 april 1943 op de werkplaats van de spoorwegen in Haarlem. De foto is genomen in de Teding van Berkhoutstraat. Als je uiterst rechts de hoek om gaat sta je in de Adriaan Loosjesstraat.
De nog steeds bestaande werkplaats wordt alleen door een weg, de Amsterdamse Vaart, gescheiden van de dichtbevolkte Amsterdamse Buurt. Op de foto linksboven de werkplaats met het bijbehorende emplacement, rechtsboven station Spaarnwoude, de groene streep is de Amsterdamse Vaart, en linksonder de Amsterdamse Buurt. Niet één bom raakte de werkplaats. Alle bommen vielen op de Amsterdamse Buurt. Gevolg: 85 doden, 43 zwaar- en 62 lichtgewonden. Meer dan zestienhonderd huizen liepen schade op, 84 daarvan waren onherstelbaar vernield.
Wat mis ging
Het bombardement op 16 april 1943 werd uitgevoerd door het 487e squadron van de RAF. De bemanning van de vliegtuigen - Lockheed Ventura's - bestond uit Nieuw-Zeelanders. 's Morgens was het Haarlemse luchtruim verkend door enige Spitfires die gegevens omtrent weer en windrichting hadden waargenomen. Met die gegevens moesten de bommenrichters van de Ventura's rekening houden bij het afwerpen van de bommen. Om 15.45 zou de missie van het 487e squadron beginnen, maar er ging iets mis tijdens de start op het vliegveld Methwold. Pas om 18.25 vertrokken de twaalf Ventura's opnieuw. Nauwelijks gehinderd door het Duitse afweergeschut bereikten ze even voor half acht hun doel en lieten hun dodelijke lading vallen. Vlak voordat zijn vliegtuig wegdraaide meende sergeant Bob Fowler te zien dat een deel van de bommen het doel had gemist. In werkelijkheid had geen van de bommen doel getroffen, de werkplaats van de spoorwegen stond nog onbeschadigd overeind. Achteraf kon worden vastgesteld dat de vertraging van de missie fatale gevolgen had omdat was verzuimd geactualiseerde gegevens over weer en windrichting in te voeren.
Is te lezen op de website http://virtueletochten.noord-hollandsarchief.nl
Toen ik de foto beter bekeek viel me de jonge vrouw op, die midden in en op het puin staat. Ik moest direct denken aan mijn moeder.
Mijn moeder, links, en een vriendin, 13 september 1942.
Mijn moeder, Nel Koppen, december 1943.
Niet alleen leek mijn moeder sprekend op deze jonge vrouw, maar zij woonde toen om de hoek, in de Adriaan Loosjesstraat. Mijn moeder is geboren op 19 mei 1927 en was toen dus bijna 16.
Ook de Adriaan Loosjesstraat was door bommen getroffen, zoals hier te zien is, ook het ouderlijk huis van mijn moeder. Ze vertelde me veel later dat ze stond te strijken, toen plotseling het plafond naar beneden kwam. Ze kwam met de schrik vrij.
Haar broertje Simon helaas niet. Hij was acht jaar jong en werd getroffen door een bomscherf. Hij was op slag dood. Er zijn niet veel foto’s van Simon. Dit is de beste die ik heb kunnen vinden en is genomen op 22 mei 1939. Hij was toen vier.
De dakloos geworden buurtbewoners werden elders ondergebracht en later kwam mijn moeder met haar ouders te wonen in de Vosmaerstraat op nummer 105, ook in de Amsterdamse Buurt, een paar honderd meter van waar zij eerder hadden gewoond. Ik ben daar geboren in 1953. Wat me als kind al verbaasde was dat de aansluiting van de bebouwing van de Vosmaerstraat met de even verder gelegen Van Zeggelenstraat werd gevorm door een stuk of vijf splinternieuwe garageboxen.
Hoek Vosmaerstraat (links) en Van Zeggenlenstraat (rechts). De tussenliggende bebouwing is weggevaagd.
Veel later kwam ik er achter dat ook hier een bom gevallen was die de oude bebouwing had weggevaagd. Ook de school aan de overkant was weggebombardeerd. Na de oorlog werden er schoolbarakken geplaatst, die er tientallen jaren hebben gestaan en waar ik ook nog les heb gehad.